Uit een recent onderzoek van HR-expert Acerta Consult, in samenwerking met Indiville en Bpact, blijkt dat één op de drie bedrijven verwacht in 2025 meer personeel in dienst te hebben dan vorig jaar. Tegelijkertijd blijft de war for talent een grote zorg: bijna vier op de tien werkgevers vrezen hun beste medewerkers te verliezen. Vooral grotere bedrijven maken zich daar meer zorgen over dan kmo’s.
Volgens Acerta Consult liggen er echter kansen bij jongere werknemers: het aantal twintigers en dertigers dat aangeeft meer te willen werken dan vorig jaar, is met 50% gestegen.
Grote uitdagingen: talent aantrekken en behouden
De krapte op de arbeidsmarkt blijft een probleem. Werkgevers geven aan dat het vinden (50%) en behouden (41%) van geschikt personeel de grootste HR-uitdagingen van dit jaar zijn. De vrees om talent te verliezen is aanzienlijk: 38,6% van de werkgevers verwacht dat hun beste medewerkers zullen vertrekken.
De belangrijkste redenen hiervoor zijn:
- De behoefte aan verandering (11%)
- Een slechte relatie met de leidinggevende (10,1%)
- Een te lage verloning (8,3%)
Kleinere ondernemingen (30%) maken zich minder zorgen dan grote bedrijven (40%). Een mogelijke verklaring is dat medewerkers in kleinere bedrijven zich meer betrokken voelen bij de bedrijfscultuur en bredere ontwikkelkansen krijgen.
Optimisme over aanwervingen ondanks economische onzekerheid
Ondanks economische onzekerheid verwachten de meeste werkgevers (78%) geen daling van hun personeelsbestand. Meer dan een derde (36%) denkt in 2025 zelfs méér medewerkers te hebben dan in 2024. Daartegenover staat dat 18,4% een lichte daling van het personeelsbestand verwacht, en 3,5% een sterke afname voorziet. Opvallend is dat kmo’s optimistischer zijn dan grote bedrijven over hun groeivooruitzichten.

Hannelore Van Meldert, experte talent bij Acerta Consult, benadrukt dat het behouden en aantrekken van medewerkers de grootste uitdagingen blijven. Andere HR-uitdagingen, zoals mentaal welzijn (28,7%), ontwikkeling (28,2%), werk-privébalans (21,5%) en interne mobiliteit (7,5%), worden als minder urgent beschouwd. Vlaamse werkgevers ervaren de strijd om talent als een grotere uitdaging dan Waalse bedrijven, wat mede verklaard kan worden door de hogere vacaturegraad in Vlaanderen (4,67%) vergeleken met Wallonië (3,55%).
Jongeren willen meer werken
Een mogelijke oplossing voor de arbeidskrapte is het stimuleren van een groter aantal werkuren onder de actieve bevolking. Uit het onderzoek blijkt dat vooral jongere werknemers hier interesse in hebben. In 2025 wil 22,3% van de 18- tot 35-jarigen meer werken, een stijging van bijna 50% ten opzichte van 2024 (15%). De meerderheid (64,7%) wil evenveel blijven werken, terwijl 13,1% aangeeft minder te willen werken.
Volgens Van Meldert speelt de koopkracht hierbij een grote rol: “Jongeren willen meer werken omdat ze hun koopkracht willen behouden. Gezinnen met kinderen worden geconfronteerd met de stijgende levensduurte door o.a. de stijging van de energieprijzen de voorbije jaren. Ook mensen met een functie in het hoger management willen dit jaar meer werken, zo blijkt uit ons onderzoek. Daarnaast zijn er ook mensen die minder willen werken. Bij hen zijn de motivaties duidelijk: het verlangen naar ‘meer vrije tijd’ (80%), ‘meer tijd met het gezin’ (75%) en ‘minder stress’ (71%).”